Afscheidsinterview met Bert van Boggelen


Een exclusief inclusief interview!

Het kan niemand zijn ontgaan: Bert van Boggelen neemt afscheid van ‘zijn’ De Normaalste Zaak (DNZ). Maar de urgentie voor het onderwerp inclusie – en daarmee ook voor een inclusief werkgeversnetwerk – blijven. Daarom nog één keer een goed gesprek met Bert als kwartiermaker van DNZ. Wat staat ons komende tijd nog zoal te doen? En waar gaat hij zichzelf mee bezighouden?

Tekst: Lisanne Smits

Eén van onze Inclusieversnellers zei onlangs: als je werkgevers wil overtuigen van het belang van inclusie, begin dan met managers die op persoonlijk vlak weten waarom het belangrijk is. Hoe zit dat bij jou? Welke ervaringen bewogen jou ertoe om voor inclusie te strijden?
“Ik voel heel sterk dat iedereen kansen moet kunnen krijgen. Toen ik 15 jaar geleden directeur van CNV was, werkten we al regelmatig met Wajongeren. Kijk, ik sta op, trek m’n kleren aan en ga naar m’n werk. Maar sommige mensen krijgen dit ochtendritueel met veel moeite voor elkaar, ondanks de zorg die ze krijgen. Voor dat doorzettingsvermogen kreeg ik veel respect.”

Dus die motivatie haalde je voornamelijk uit je werk?
“Later, toen onze kinderen nog op school zaten, heb ik gemerkt dat als je niet helemaal binnen de lijntjes past, je er gauw uit ligt. Twee van onze kinderen hadden last van dyslexie. Maar het schoolsysteem is zó strak geregeld, dat veel kinderen daar niet in passen. Mijn kinderen hebben geweldige talenten ontwikkeld, maar niet dankzij school. Wat dat betreft is de arbeidsmarkt flexibeler dan het onderwijs.”

Hoe is De Normaalste Zaak ontstaan?
“Tijdens mijn laatste jaren bij CNV ontstond er op een gegeven moment een grote maatschappelijke discussie over de AOW-leeftijd. Ik sprak toen veel mensen die tegen hun pensioen aanzaten, maar eigenlijk nog niet wilde stoppen. Ik vroeg me af: waarom kijken we zo rigide naar werk? Moet je zo snel mogelijk stoppen of is werk een levensinvulling waarmee je iets voor anderen kunt beteken? Ik vind werk fascinerend, veel mensen hebben er een haat-liefdeverhouding mee. Zelf merkte ik dat mijn leven van vergaderingen aan elkaar hing. Ik besloot voor mezelf te beginnen. Ik voerde allerlei netwerkgesprekjes, onder andere met AWVN, VNO-NCW, Start Foundation en MVO Nederland. Samen hebben we het inclusieve werkgeversnetwerk De Normaalste Zaak opgericht.

Dit najaar ging DNZ on tour. Daar vroegen we de deelnemers: ‘is over vijf jaar inclusie op de arbeidsmarkt de normaalste zaak?’ Wat denk jij zelf?
“Ik denk het niet. Veel bedrijven werken nog steeds met ingewikkelde sollicitatieprocedures. Als je ook maar een klein beetje afwijkt van de norm, kom je al niet door de firewall heen. We moeten nog heel veel barrières slopen. Daarom vind ik Open Hiring zo’n mooi ding, gewoon alle hindernissen weghalen. Mensen direct aannemen en dan kijken wat er gebeurt. En hoe mooi zou het zijn als we het zo kunnen organiseren dat jongeren vanuit het entree- en praktijkonderwijs direct naar een baan kunnen doorstromen, zodat zij niet meer tussen wal en schip vallen.”

Als ik vraag: Wat vond je het leukst aan je tijd bij De Normaalste Zaak. Wat komt er dan als eerst naar boven?
[het blijft lang stil]

Moet je er lang over nadenken?
“Eigenlijk maak ik bijna elke dag wel iets mee wat het werk leuk maakt. Vorige week zei iemand na één van onze bijeenkomsten: ‘wat geweldig dat DNZ zo’n positieve energie meeneemt’. Nou, dan is mijn dag weer goed! De leukste momenten vind ik wanneer er iets moois gebeurt tussen mensen. En wij zijn in staat om nieuwe verbindingen te leggen, om mensen bij elkaar te krijgen.”

Wat is wat jou betreft het belangrijkst dat DNZ bereikt heeft?
“Dat zijn de praktijktafels die we werkendeweg verzonnen hebben. Onze manier van werken is dat je met alle betrokkenen samen oplossingen bedenkt. Hoe krijgen we de arbeidsmarkt nu werkend en eenvoudiger? Daar begonnen we mee in de tijd dat Jetta Klijnsma staatssecretaris van SZW was. We lieten zien wat het effect was van haar beleid. Werkgevers vertelden waar ze mee bezig waren en waar ze tegenaan liepen. Vervolgens zijn we de dialoog aangegaan met publieke uitvoerders, zoals gemeenten. Veel punten die we agendeerden, zijn nu onderdeel van het Breed offensief van staatssecretaris Van Ark.”

De Normaalste Zaak werkt dus steeds meer samen met publieke partijen. Wat heeft dit al concreet opgeleverd?
“Een mooi voorbeeld is PostNL. PostNL opende een aantal nieuwe sorteercentra en wilde hier mensen uit de doelgroep Banenafspraak plaatsen. Het lukte maar niet om mensen te vinden. Toen we er samen met Accenture er een project van maakten en onze tanden erin zetten, lukte het uiteindelijk. Het sleuteltje bleek bij de klantmanagers van uitkeringsgerechtigden te liggen, die eerst geen mogelijkheden zagen. We hebben toen een aantal klantmanagers meegenomen naar een sorteercentrum, zodat ze eens echt konden zien hoe het werk er daar uit ziet. Toen ging het balletje rollen en werden er geschikte kandidaten voorgesteld.”

Dus soms ontbreekt het klantmanagers aan kennis van de arbeidsmarkt?
In die zin hebben bemiddelaars zelf soms letterlijk een afstand tot arbeidsmarkt. Daarom ben ik voor open communicatie tussen werkgever en werkzoekende. Het zou mooi zijn als werkgevers met vacatures direct contact kunnen opnemen met werkzoekenden. Klantmanagers zouden er niet als een zeef tussen moeten zitten.”

Een timmerman krijgt vaak verzoeken van kennissen en familieleden om een kast of een tuinhuisje te maken. Krijg jij vaak de vraag of je nog een baan voor iemand weet?
“Zeker. Meestal verwijs ik mensen dan door aan Onbeperkt aan de Slag. Ik ben geen matchmaker. Dat kan ik ook niet. Maar ik spreek veel werkgevers, dus hier en daar heb ik wel eens een verbinding gelegd. Wat ik vooral interessant vind, zijn de verhalen van mensen over hun werk. Je ziet op HR-gebied een beweging dat functies steeds breder en daarmee complexer moeten worden. Ik spreek mensen die al dertig jaar bij hetzelfde bedrijf werken en ineens ook andere dingen moeten doen. Dingen die ze nog moeten leren. Dat kost energie, mensen vallen om. We creëren dus ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.”

Werkgevers zouden wat meer flexibel moeten zijn.
“Ja, leuk als je van je werknemers flexibiliteit verwacht, maar laten we het ook eens omdraaien. Ik sprak laatst een vrouw die twee keer kanker heeft gehad. Door de chemokuren is ze de helft van haar energie kwijt, waardoor ze niet meer fulltime kan werken. Maar ze merkte dat ze met vijfurige werkdagen eigenlijk veel efficiënter werkt. Toen ze op zoek ging naar een andere baan, zag ze dat voor alle interessante vacatures de norm nog altijd de achturige werkdag is. Ze probeert werkgevers met berekeningen uit te leggen dat ze haar werk ook in minder tijd kan uitvoeren, maar werkgevers bewegen zelden mee.”

Je bent sowieso een voorstander van de 5 of 6-urige werkdag, toch?
“Ja, laten we nu eens samen experimenteren met de 5-urige werkdag. Veel mensen zijn uitgeput door hun werk. We doen allemaal zo druk. Ik merk zelf ook dat ik in die modus zit en altijd een volle agenda heb. We zijn steeds welvarender en met de automatisering zouden we meer vrije tijd krijgen. Nou, daar merk ik weinig van.”

Ga je de komende tijd de 5-urige werkdag zelf uitproberen?
“Ja, ik ga mijn leven opnieuw vormgeven en ontdekken wat ik op dit moment echt belangrijk vind. Tot 2 uur werken en daarna tijd hebben voor andere dingen. Kijken of ik iets voor de buurt kan doen. En ik heb ook nog een vader van 91…”

De komende tijd wil je je richten op duurzaamheid.
Op zich is dat niet iets nieuws voor me. Tien jaar geleden was ik al bezig met een zonnepanelenprojectje in mijn buurt. Ik reis altijd met de trein en eet geen vlees. Ik weet nog niet precies hoe de komende tijd eruit gaat zien, maar mijn ervaring is dat dat juist wel even goed kan zijn, dat moet je laten bestaan. Eerst ga ik in januari met mijn vrouw naar een fijn huisje in Zweeds Lapland. Daarna zie ik weer verder. Mijn dochter die nu in Vietnam zit, vindt duurzaamheid ook een interessant onderwerp. Wie weet kunnen we samen iets doen. En mijn zoon Boaz is YouTuber. Daar kan ik ook wel wat mee…