Gastcolumn van Bert van Boggelen in Sociaalbestek.
Elke relatie heeft af en toe een opknapbeurt nodig. Gewoon de stand van zaken even met een frisse blik bekijken. Dat geldt zeker voor de relatie tussen het bedrijfsleven en de gemeenten of UWV.
Die is namelijk niet goed. Werkgevers voelen zich vaak wantrouwig bejegend. Dat uit zich in getouwtrek over de loonwaardebepaling, begeleidingsmogelijkheden of de lengte van proefplaatsingen. Zelfs werkgevers die veel werknemers met afstand tot de arbeidsmarkt in dienst hebben, stuiten op de starre toepassing van de regels.
Werkgevers wordt daardoor het normale werkgeverschap van hun mensen met een arbeidsbeperking ontzegd. Waarom? Omdat werkgevers zelf niet in staan zouden zijn de loonwaarde van hun medewerkers te bepalen of adequate begeleiding te organiseren? Ik denk het niet. Werkgevers doen dit immers dagelijks.
De regels en controles zijn zo strak omdat het wantrouwen regeert. Gemeenten lijken er vanuit te gaan dat soepele regels automatisch misbruikt zullen worden. En dus moet de overgrote meerderheid van de goedwillende werkgevers opdraaien voor die paar procent die het misschien niet zo nauw nemen met de bedoelingen van de wet.
Vast contract of bijstand
Gisteren sprak ik een werkgever die arbeidsplaatsen kon bieden aan mensen met een beperking. Hij kwam in zijn zoektocht naar personeel uit bij de gemeente. In de proeftijd bleek vervolgens dat een van de kandidaten meer (psychische) problemen had dan oorspronkelijk ingeschat en de werkgever stelde voor de kandidaat te laten onderzoeken en de proeftijd gedurende het onderzoek te verlengen.
Van de gemeente mocht de proeftijd echter niet verlengd worden. Het was of een vast contract, of terug naar de bijstand. Het gaat er absoluut niet om dat die werkgever voor een dubbeltje op de eerste rij wil zitten, ondernemers willen graag investeren in mensen. Maar dan moeten ze wel weten wat de risico’s zijn.
Met hun wantrouwende houding werpen UWV en gemeenten een drempel op om medewerkers met een beperking aan te nemen. Dat is wel het laatste dat we kunnen gebruiken, want hoe je het ook went of keert: uiteindelijk hebben we de inclusieve arbeidsmarkt als gemeenschappelijk doel.
Laat werkgevers werkgeven
Wie is er beter in staat de voorwaarden te creëren voor een arbeidsmarkt waar het de normaalste zaak van de wereld is dat ook mensen met een beperking aan de bak komen? Volgens mij kan de werkgever, die dagelijks met een kandidaat te maken heeft, een veel betere inschatting maken van loonwaarde of benodigde begeleiding dan de ambtenaar die van een afstand een oordeel moet vellen.
Daarom een eenvoudig voorstel voor gemeenten en UWV: versimpel de regels en treedt werkgevers met vertrouwen tegemoet. Laat werkgevers hun eigen inschattingen maken en laat ze die vervolgens verantwoorden. Neem een voorbeeld aan de belastingdienst, waarmee ondernemers tegenwoordig afspraken kunnen maken die aan het eind van het jaar worden gecontroleerd, horizontaal toezicht heet dat. Simpel, helder en overzichtelijk.
Of neem een voorbeeld aan arbeidsmarktregio Zwolle. Daar zijn we een interessante pilot gestart: de Regelluwe Regio. De betrokken gemeenten gaan zich soepeler opstellen en bedrijven faciliteren die goed bezig zijn. Daar wordt een teken gegeven dat overheden aan de relatie met het bedrijfsleven willen werken.
En ja, omdat we het over een relatie hebben, zijn er twee partijen die iets moeten doen. Als de werkgevers eindelijk de ruimte krijgen, is het aan het bedrijfsleven om de kans te grijpen en op grote schaal plek te bieden aan mensen met een beperking.

Bert van Boggelen is oud bestuurder-directeur CNV vakcentrale. Als kwartiermaker van De Normaalste Zaak doet hij op deze plek regelmatig verslag van zijn ervaringen.E-mail: bertvanboggelen@denormaalstezaak.nl
Tel: 06-51534933