
Het voormalige klooster Onze Lieve Vrouwe Ter Eem, ooit het grootste kloostercomplex boven de rivieren, is tegenwoordig een bedrijfsverzamelgebouw. Het ligt verscholen tussen het groen en vormde half mei de sfeervolle coulisse waarin De Normaalste Zaak zijn position paper presenteerde.
Bert van Boggelen bood het position paper aan drie Kamerleden aan – Chantal Nijkerken (VVD), Gijs van Dijk (PvdA) Rens Raemakers (D66) – en aan werkgeversboegbeeld Aart van der Gaag. Ruim 50 bij De Normaalste Zaak aangesloten inclusieve werkgevers waren erbij en grepen hun kans om met de Kamerleden in gesprek te gaan.
De bijeenkomst vond plaats bij ITvitae, een onderneming die mensen met autisme opleidt voor een carrière in de IT. ITvitae is een van de founding partners van De Normaalste Zaak en gevestigd in het voormalige klooster te Amersfoort. Gastheer Peter van Hofweegen, oprichter en directeur van het bedrijf, trapte de middag af met een korte introductie van zijn bedrijf.
Bert van Boggelen, de voorman van De Normaalste Zaak, ging kort in op de ontstaansgeschiedenis van het position paper. Hij vertelde over de inclusietour langs meer dan 150 DNZ-partners. Hun verhalen en ervaringen waren de bouwstenen voor het document. Het position paper is een oproep aan de overheid om samen te werken op basis van vertrouwen, om de regelgeving te vereenvoudigen en om te komen tot één beleid voor en één visie op de arbeidsparticipatie van alle kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt.
Dialoog
Na deze inleidende beschietingen ging de dialoog tussen de Kamerleden en de aanwezige partners van De Normaalste Zaak van start. In twee rondes – en in kleinere kring – kregen de inclusieve werkgevers de kans om de Kamerleden en werkgeversboegbeeld Van der Gaag nog eens precies te vertellen hoe de dagelijkse praktijk van de inclusieve werkgevers eruitziet.
Zij vertelden over de eindeloze bureaucratie waarmee ze worden geconfronteerd, de rigide manier waarop instellingen regels toepassen – vaak ten koste van de kandidaten die toch op de eerste plaats zouden moeten staan – en de soms volstrekt onlogische manier waarop begeleiding en loonwaardebepalingen worden georganiseerd. Natuurlijk kwam ook aan bod hoe het voor werkgevers is om in alle gemeenten en bij elke instantie weer met een andere uitleg van de regels te worden geconfronteerd.
Hoewel de besproken onderwerpen natuurlijk serieus en soms zelfs zwaar zijn, bleef de stemming steeds positief en uiteindelijk ook optimistisch. De discussies waren levendig en de toon was licht. Hier waren gepassioneerde werkgevers aan het woord die van inclusie echt een succes wilden maken en de Kamerleden wilden doordringen van hun ervaringen.
In zijn gesproken column riep inclusie-cabaretier Sven Romkes de Kamerleden bijvoorbeeld op om zich in te zetten voor een veel bredere participatieaanpak. Daarmee zouden ze volgens Romkes hun verdwenen aanspreektitel ‘excellentie’ terug kunnen veroveren.
Optimisme
“Het optimisme valt me op,” zei D66-kamerlid Rens Raemakers bij het afrondende groepsgesprek. Voor Chantal Nijkerken, die de Participatiewet al enkele jaren in haar portefeuille heeft en dan ook geen vreemde is bij bijeenkomsten van De Normaalste Zaak, waren veel verhalen niet nieuw. Ze wees erop dat de wetgever bewust ruimte aan lokale overheden heeft gegund om de regels op een eigen manier uit te voeren, iets dat bij veel ondernemers tot veel frustratie leidt. Ze wierp de vraag op: hoe kunnen we er voor zorgen dat het beleid dichtbij de burgers blijft, zonder de werkgevers tot last te zijn?
Gijs van Dijk focuste zich in zijn slotwoord op het belang van sociale ondernemers die nieuwe wegen openen en de maatschappij laten zien hoe het ondernemen van de toekomst eruitziet. Zulke ondernemers moeten volgens Van Dijk beloond en gestimuleerd worden. Aart van der Gaag was ook onder de indruk van de daadkracht en het enthousiasme van de werkgevers. Hij wees er nog maar eens op dat de ondernemers behoefte hebben aan vertrouwen vanuit de overheid en dat ze dat vertrouwen ook hebben verdiend.
Kruispunt
“We staan op een kruispunt,” zei Van Boggelen tot slot. “We hebben nu de kans om het enthousiasme en de wil van steeds meer werkgevers te benutten en zo van inclusie een succes te maken. Dat kan alleen als de regels eenvoudiger worden en overheidsinstellingen de stap maken van de controle- naar de helpmodus.”
Doen ze dat niet, dan dreigen volgens de voorman van De Normaalste Zaak zelfs die werkgevers af te haken, die zich de afgelopen jaren tot het uiterste hebben ingespannen om werk te bieden aan mensen met een arbeidsbeperking. Van Boggelen rondde zijn verhaal op een positieve manier af: “Wij gaan door en we gaan er samen voor zorgen dat we deze wedstrijd winnen. De praktische problemen zijn niet het einde van het inclusieve verhaal. Deze gesprekken zijn het begin van de oplossing.”
Waarna de aanwezigen rond de statafels in het kloosterpark nog even konden genieten van een borrel in de avondzon.
Hieronder vindt u een fotocollage van het sfeerverslag. Klik hier voor meer foto’s.
